Kou in woning leidt tot onenigheid: “Woonplus moet mij wooncomfort geven”

Astrid Stehouwer is de kou in haar woning spuugzat. Terwijl haar buren het warm hebben, moet Stehouwer volop stoken in haar huurwoning. In het voorjaar zat ze lange tijd in de kou.

Al jarenlang huurt Stehouwer een woning in flat 2 aan het Johan Straussplein. De verwarming in de woningen wordt aangestuurd door een centrale ketel. Maar doordat Stehouwer te ver van de ketel af woont, heeft zij het minste profijt van de warmte. “Er zijn mensen die willen hier niet eens op visite willen komen. Of ze zitten hier met een sjaal om”, vertelt Stehouwer.

Het appartementencomplex kent verschillende eigenaren. Het merendeel bestaat uit huurwoningen, beheerd door Woonplus. De overige huizen zijn koopwoningen. Behalve de locatie van haar woning en het gebrek aan warmte als de ketel volop draait, was er ook nog een ander probleem. “In mei dit jaar hebben ze de ketel al uitgezet. Toen was het 13 graden buiten en zat ik met 17,2 graden hier thuis te werken”, aldus Stehouwer.

De beslissing over wanneer de ketel aan en uit gaat wordt elk jaar genomen door de eigenaren. Volgens Stehouwer wordt daarbij de mening van de Woonplus-huurders niet meegenomen door de woningcorporatie. “In eerste instantie werd gezegd dat het collectief besloten was”, stelt Stehouwer. Daarmee doelt Stehouwer op de enquête die Woonplus een aantal jaar geleden in verschillende flats heeft uitgezet waarin gevraagd werd naar de stookmaanden. Echter werd bij het uitzetten van de enquête de flat van Stehouwer overgeslagen. “We gingen ervanuit dat die enquête ook in de VVE-flat was uitgezet, maar dat blijkt helaas niet zo te zijn”, vertelt Hayo Flink, projectleider bij Woonplus. “Ik kan me voorstellen dat dat gedaan is omdat VVE’s net onder een andere wetgeving vallen dan een Woonplus-complex.”

Geschillencommissie

Stehouwer stapt naar de Geschillencommissie. Ze laat weten dat haar woning niet goed geïsoleerd is waardoor ze weinig wooncomfort ervaart. ‘In de wintermaanden krijgt klager de woning niet boven de 20 graden gestookt, terwijl het in de zomermaanden boven de 30 graden kan uitkomen.’ Er volgt een hoorzitting op 14 september 2021. De Geschillencommissie concludeert dat het vreemd is dat een huurder niet zelf kan bepalen wanneer hij warmte wil afnemen en dat Woonplus haar meerderheidsbelang binnen de VVE niet ten gelde maakt.

De Geschillencommissie adviseert Woonplus om haar meerderheidsbelang uit te oefenen tijdens de VVE-vergadering. Daarnaast adviseert zij Woonplus om een voorzetraam te plaatsen zodat de woning tochtdicht wordt.

Stehouwer geeft aan dat een deel van het advies is overgenomen door Woonplus. Binnenkort wordt bij haar een voorzetraam geplaatst. Het advies om gebruik te maken van het meerderheidsbelang bij de beslissingen over het aan- en uitschakelen van de centrale ketel wordt niet overgenomen, stelt Stehouwer. “Ik heb een brief gekregen waarin stond dat ze het advies niet op zouden volgen. Zonder verklaring, ze hebben gewoon besloten dat ze dat advies niet opvolgen.”

Spagaat

Flink benadrukt de spagaat waarin Woonplus zit als het gaat om een appartementencomplex waar de woningcorporatie niet het volledige eigendom heeft. “Die spagaat wordt nog lastiger omdat er besluiten genomen kunnen worden over de portemonnee van mensen. Die worden daarmee wellicht op kosten gejaagd, wat misschien ook een ongewenste situatie is.” Daarnaast geeft Flink aan dat het besluit om het advies van de Geschillencommissie niet op te volgen is genomen door een collega die inmiddels niet meer werkzaam is bij Woonplus.

Door deze gedachtegang voelt Stehouwer zich achtergesteld: “Ik heb niks als huurder met een VVE te maken. Ik heb te maken met Woonplus. En zij moeten wij wooncomfort geven.”

Woonplus geeft aan dat het stookseizoen op dit moment gunstiger is dan het advies van de geschillencommissie. Vanaf september tot en met mei staat de ketel nu aan. Het meerderheidsbelang zal Woonplus in het vervolg wel gaan inzetten als het gaat om de ketel. “Dan vinden wij het belang van de huurders zodanig: de stookperiode blijft zoals hij nu is”, aldus Flink.