advertentie
Nieuwe Kethelpoort net iets te hoog? ‘We zijn een molenstad en geen torenstad’
Stichting De Schiedamse Molens is kritisch op de bouwplannen van de Nieuwe Kethelpoort in Nieuwland. De bouwplannen laten volgens hen zien dat er een nieuwe discussie nodig is over hoe de stad kijkt naar molens en hoogbouw.
door Tjerk van der Ende
Stichting De Schiedamse Molens is kritisch op de bouwplannen van de Nieuwe Kethelpoort in Nieuwland. De bouwplannen laten volgens hen zien dat er een nieuwe discussie nodig is over hoe de stad kijkt naar molens en hoogbouw.
“We vinden het esthetisch echt een gaaf project”, vertelt Ernst Richel, lid van het bestuur van de Stichting De Schiedamse Molens. Het enthousiasme voor de ‘look & feel’ van de plannen voor de Nieuwe Kethelpoort steekt hij niet onder stoelen of banken. Maar toch vindt hij de appartementencomplexen iets te hoog. En daarmee wordt de status van de molen aangetast.
Hoe Schiedam omgaat met de molens is vastgelegd in een beleid uit 2003. Molens moeten een vrije windvang hebben, de zogenoemde molenbiotoop. Een flat naast een molen verstoort die vrije windvang. Daarom heeft de provincie regels, maar in 2003 besloot Schiedam daar een nog strengere visie over op te stellen. Maar dat beleid wordt niet altijd toegepast. Zo is De Nieuwe Kethelpoort, met het hoogste punt op ca. 24 meter, volgens de provincienormen op een prima hoogte, maar volgens het 2003-beleid van de gemeente nét iets te hoog.
“Het gaat niet alleen om de wind. Het gaat om de belevingswaarde van het monument. Het gaat bijvoorbeeld om zichtlijnen”, aldus Richel, die stelt dat het project in strijd is met het bestaand beleid. “We hebben de regels destijds niet voor niets opgesteld.”
‘Het knelt’
Richel ziet dat er gedurende de tijd meer en meer een tweestrijd ontstaat tussen woonflats en molens. “Het knelt”, zegt hij. “We hebben niet van tevoren goede duidelijke keuzes gemaakt. Althans, niet recent. In 2003 zijn die keuzes gemaakt en daarmee is dit project echt strijdig. Niet heel erg strijdig, maar wel strijdig”, aldus Richel. “En hoe zoek je de grenzen?”
Richel zou graag zien dat er een bredere discussie over wordt gevoerd. Die grensbepaling is er wel, maar staat onder druk. Daarbij verwijst Richel onder meer naar de wens van de gemeente om het beleid rondom molenbiotopen zelf te bepalen en de daarbij horende spanningen, zoals bij het plan voor woontoren The Miller. Richel heeft een duidelijke mening: “heel erg gechargeerd gezegd: we zijn een molenstad en geen torenstad.”
“Laten we nou gewoon eerst integraal kijken met het stadsbestuur en de gemeenteraad wat we willen met de binnenstad en zijn molens en of we dat ensemble nog steeds het waard vinden om te beschermen”, zegt Richel. “Probeer die wijdheid die de binnenstad nog heeft te respecteren en te koesteren, want we hebben buiten die ring echt nog wel mogelijkheden.”