Biekman straalt vanwege onderzoek slavernijverleden: ‘We willen het volledige verhaal vertellen’

Schiedam gaat tweeledig aan de slag. Aan de ene kant komt er onderzoek naar de familie Pichot, die in de 18e en 19e eeuw een grote rol speelde in de slavernijgeschiedenis als plantagehouder in Suriname. Aan de andere kant komt er een project met stadsdichter Jarle Lourens om de Schiedammer meer bij de slavernijgeschiedenis te betrekken.

“Vanaf 1 juli gaan we de stad in en verschillende workshops organiseren”, vertelt Lourens. “We gaan met Schiedammers in gesprek over het slavernijverleden. Wat betekent 150 jaar afschaffing voor hen? En daarnaast gaan we een creatieve sessie organiseren om de Schiedammer te helpen om eigen dichtregels te schrijven.”

De dichtregels moeten uiteindelijk een ‘reizend monument’ opleveren: een stadsgedicht van 150 regels waaraan Schiedammers in alle soorten en maten hebben meegewerkt. Wethouder Biekman hoopt op een blijvend monument, maar de vorm is nog niet bepaald.

‘Elkaar weer vinden’

Voor Biekman is het belangrijk om in gesprek te gaan over het slavernijverleden. “47 procent van de Schiedammers heeft een niet-westerse achtergrond”, vertelt Biekman, die stelt dat de verschillende culturen in Schiedam in feite naast elkaar leven en niet mét elkaar. “We leven eigenlijk gesegregeerd. En wat je wilt is dat Schiedam een inclusieve stad wordt. We moeten zorgen dat we nu elkaar weer weten te vinden. Anders kunnen we niet samenleven in deze mooie stad.”

Het onderzoek naar de geschiedenis van de familie Pichot en het project met de stadsdichter is daarin een eerste stap en levert zichtbaar een trots gevoel op bij de wethouder. “Mooi dat het college heeft besloten om het Schiedamse slavernijverleden in de ogen aan te kijken”, aldus Biekman. “Wij willen het hele verhaal vertellen.”

Lourens sluit zich daarbij aan. “Ik vind het sowieso belangrijk dat we woorden kunnen geven aan een stukje geschiedenis”, vertelt hij. “Soms mijden we dit soort gesprekken. En ik denk dat dit een mooie aanleiding kan zijn om meer bewustwording te creëren over dat verleden. En om zonder elkaar de schuld te geven een goed gesprek te voeren en juist kunnen verder bouwen aan de toekomst.”