advertentie
Schiedamse familie Pichot bezat in Suriname honderden tot slaaf gemaakten
De familie Pichot behoorde tot de plantage-elite van Suriname, was daar grootgrondbezitter en had honderden tot slaaf gemaakte mensen op hun plantages werken. Schiedam duikt ter gelegenheid van Keti Koti – de viering van het einde van de slavernij – de archieven in en daarin speelt één Schiedammer duidelijk de hoofdrol: Daniël Pichot.
door redactie
zondag 02 juli 2023 22:26
"Ik denk dat Daniël Pichot een goed voorbeeld is van iemand in de achttiende eeuw in Nederland die internationaler is dan we 'm nu herinneren", vertelt onderzoeker Merel Blok van het gemeentearchief in de podcast Schiestorie. "Opvallend is dat als je nu in Schiedam zoekt naar sporen van Pichot, in de geschiedschrijving vooral genoemd wordt dat Daniël Pichot in Schiedam twee belangrijke bestuursfuncties heeft vervuld en hij luitenant-admiraal bij de Admiraliteit was. Daar blijft onderbelicht dat hij geboren is in Suriname en dat hij van een hele grote rijke plantagefamilie komt."
De opa van Daniël vluchtte als Franse hugenoot van Bergerac naar Suriname waar de familie tot de zogenoemde 'plantage-elite' toetrad. "De elite bestond uit een klein aantal vooraanstaande families die onderling veel trouwden om het familiekapitaal te behouden", vertelt Laurens Priester, gemeentearchivaris. "De familie Pichot had vier grote plantages op Suriname en was destijds de grootst grondbezitter van het land."
In Suriname was de familie Pichot heel rijk, maar veel van de plantages waren niet winstgevend. "Aan het eind van de achttiende eeuw zie je dat er dan aandelen in de plantage worden verkocht, om zo de aankoop van nieuwe tot slaaf gemaakten te financieren", legt Blok uit. "Veel mensen overleden door de zware arbeid, dus er was constant nieuwe aanwas nodig op de plantages." Nieuwe aanwas die onder andere werd gekocht met jenever en houtwijn. En met Schiedam als jeneverstad, laat dat wel de wenkbrauwen fronsen.
Schiedam
Dat Schiedamse jenever en houtwijn meegingen op slavenschepen richting West-Afrika, weten de onderzoekers zeker. "We weten alleen niet of distilleerders ook wisten dat hun jenever daarvoor gebruikt werd, aangezien het een keten van tussenhandelaren is." Volgens Priester kan de familie Loopuyt, nu nog steeds bekend als Loopuyt Gin, gelinkt worden aan de slavenhandel. "Ook is Nolet een van de namen die we in het archief tegen zijn gekomen, maar wat de link met slavernij is moet nog onderzocht worden."
Als jonge man vertrok Daniël naar Nederland om daar onderwijs te volgen. "We weten niet waarom hij uiteindelijk in Schiedam terechtgekomen is, maar hij heeft er wel tot het eind van zijn leven gewoond. Aan de Lange Haven op nummer 111. Vanuit Schiedam heeft hij zijn zakelijke belangen in Suriname verder uitgebreid en beschermde hij het familiebezit."
Vaker handelde Pichot uit de belangen van plantage-eigenaren. Zo is in het archief een journaal van hem te vinden waarin hij zijn expeditie naar Berbice, het huidige Guyana, beschrijft. "In de jaren 1763 en 1764 vond de eerste succesvolle opstand in een kolonie plaats. Pichot was eropuit gestuurd om de opstand neer te slaan. Hij zag het als een opstand tegen het gezag die zo snel mogelijk onderdrukt moest worden en daar kwam nogal wat geweld aan te pas. Het scheelde niet veel of de opstandelingen hadden gewonnen, maar samen met anderen heeft Pichot de opstand uiteindelijk de kop in gedrukt."
In Schiedam zat Daniël op 44-jarige leeftijd in het Vroedschap en op latere leeftijd bleef hij vier jaar lang burgemeester van Schiedam. "Hij was burgemeester in de jaren 80 van de achttiende eeuw. Dat was een roerige tijd", zegt Blok. "Hij lijkt ook geliefd te zijn bij de Schiedammers. Bij conflicten tussen burgers en bestuur werd Pichot er altijd bij geroepen."
Nazaten
Waar de familie Pichot nu gebleven is? "Na het overlijden van Pichot in 1803 zijn er weinig Pichots die in Schiedam blijven. Ze vertrekken naar Maastricht en verder naar het buitenland."
Niet alleen het verleden vinden de onderzoekers van belang. "Het belangrijkste is eigenlijk dat we ook onderzoeken hoe het verleden doorwerkt in het heden", legt Priester uit. "Om inzicht te krijgen in hoeverre er nazaten van tot slaaf gemaakten in Schiedam wonen. De zus van Daniël nam bijvoorbeeld ooit een zwarte bediende mee naar Nederland en die zal ongetwijfeld ook in Schiedam geweest zijn."
Het Surinaamse perspectief wordt ook gebruikt voor het onderzoek. "We weten niet hoeveel tot slaaf gemaakten de familie bezat, maar we weten wel dat het er honderden geweest moeten zijn gezien de omvang van het plantagebezit. Over twee jaar verwachten we meer te weten, als het onderzoek is afgerond. Je hebt in Suriname bijvoorbeeld nog steeds nazaten met de naam 'Pichotu' maar, in tegenstelling tot Pichot, hebben deze mensen minder kunnen achterlaten in de archieven."
Dit is een artikel van onze mediapartner Rijnmond