advertentie
Vlaardingse pleegouders voor de rechter: ‘Iedereen hoopt op de hoogste straf’
De zaak die eind mei een schokgolf door heel Nederland liet gaan komt donderdag 5 september voor het eerst voor de rechter. De pleegouders van het zwaargewonde Vlaardingse pleegmeisje moeten zich in de rechtbank melden. Wat kan er verwacht worden van deze zaak? Twee zet het op een rijtje.
door Siebe van der Ende
woensdag 04 september 2024 09:12
Daisy en John van den B. worden beiden van vier feiten verdacht: poging tot doodslag, zware mishandeling, wederrechtelijke vrijheidsberoving en iemand in hulpeloze toestand brengen of laten. De rechtszaak op donderdag 5 september zal een pro-formazitting zijn. Hierin kijkt de rechter wat de stand van het onderzoek is. Daarnaast wordt bepaald of de pleegouders het proces in vrijheid of in de gevangenis moeten afwachten.
De zaak wordt donderdag niet inhoudelijk behandeld, dit gebeurt op een later moment. Tijdens de zaak zullen de rechter, de officier van justitie en de advocaten van Daisy en John aan het woord komen. De pleegouders zelf krijgen ook de kans om te spreken. Een rechter kan tijdens een pro-formazitting bijvoorbeeld vragen hoe het met de verdachten gaat.
Wat we al weten
De pleegouders zouden alleen voor het geld kinderen opvangen, zo meldden bronnen in mei aan De Telegraaf. In het eerste halfjaar van 2024 woonden Daisy en John met hun eigen kind en twee pleegkinderen, waaronder het mishandelde meisje, aan de Madoerastraat in de Indische Buurt in Vlaardingen. Eerder woonde het jongere zusje van het meisje ook bij het pleeggezin, maar zij werd weggeplaatst.
In de media zijn al enkele gruwelijke details uit de zaak naar voren gekomen. Het meisje werd ondervoed en met meerdere botbreuken aangetroffen door de politie. Ze zou zijn vastgebonden met sekshandboeien en zijn gebruikt als huisslaaf. Uit wanhoop zou ze wildvreemden in de supermarkt hebben aangeklampt voor hulp en bloemen hebben verkocht om aan eten te komen.
Er zouden door omwonenden en de school meerdere meldingen zijn gemaakt bij Veilig Thuis. Al een half jaar voordat de pleegouders werden opgepakt deed de rechter uitspraak over de vraag of het meisje bij het pleeggezin kon blijven. De biologische moeder en pleegzorgorganisatie William Schrikker deden een verzoek om het meisje naar een gezinshuis over te plaatsen. Volgens de Raad voor de Kinderbescherming had het meisje het goed en was er geen reden om haar over te plaatsen. De rechter ging hierin mee.
Van de straat naar de rechtbank
De zaak van het Vlaardingse pleegmeisje kreeg landelijk veel aandacht. Bewoners van de Madoerastraat zeggen flink last te hebben gehad van de situatie. Veel onbekenden zouden ‘verdacht’ langzaam door de straat rijden, er was veel media te zien in de straat en het huis en de auto van de pleegouders werden vernield. Bewoners zeggen blij te zijn dat de storm is verplaatst van de straat naar de rechtbank. “Maar iedereen is nog steeds enorm aangeslagen.”
De bewoners zeggen ook dat vooral kinderen uit de straat last hebben gehad van de situatie van het pleegmeisje. “Leeftijdsgenootjes schrokken enorm van de verhalen”, vertelt een bewoner. De kinderen hebben niet optimaal kunnen genieten van hun zomervakantie. “Nu, een paar maanden later, gaat het weer een stuk beter met de kinderen in de straat.”
Bewoners lezen nog steeds elk bericht over wat er allemaal zou hebben afgespeeld bij hun buurtgenoten. De straat is eensgezind over hun wensen voor de strafzaak: “Iedereen hoopt dat ze de hoogste straf mogelijk krijgen.”
Tekst gaat verder onder de foto.
Nadat het nieuws over het pleegmeisje naar buiten kwam werden er knuffels achtergelaten bij het huis waar het pleegmeisje woonde. | Foto: Twee
Verminderde straf
Maar donderdag zal nog niet veel duidelijk worden over de mogelijke straf voor de pleegouders. Wel is het mogelijk dat de massale aandacht voor het onderwerp invloed zal hebben op de uiteindelijke straf, volgens Ferry de Jong, hoogleraar strafrechtswetenschappen aan de Universiteit Utrecht. “De officier van justitie kan dit in de strafeis meewegen, al is dit natuurlijk wel een atypische zaak. Er kan sprake zijn van een privacy-inbreuk door alle aandacht, dan kan de straf gematigd worden”, aldus De Jong.
Patrick van der Meij, bijzonder hoogleraar strafrechtspraktijk bij de Universiteit Leiden en ook zelf actief als strafrechtadvocaat, verwacht dat het nog even zal duren voordat de zaak echt inhoudelijk kan worden behandeld. “Ik weet niet of het een grote zaak is en er veel onderzocht moet worden. Het is vooral een gruwelijke zaak. Ook omdat het gaat om een kind moet wel veel worden uitgezocht. Dat soort onderzoek kost tijd.” Van der Meij onderstreept ook het belang van zorgvuldig onderzoek. Er zouden twintig rechercheurs bezig zijn met het onderzoek.
“De wet schrijft voor dat iemand binnen negentig dagen voor de rechter moet verschijnen”, aldus Van der Meij. Als dat nog niet inhoudelijk kan omdat het onderzoek nog loopt, wordt dat een pro-formazitting genoemd. Het gaat bij een pro-formazitting vooral om de voorlopige hechtenis van de verdachten.”
“De zaak is pas klaar voor inhoudelijke behandeling als het onderzoek is afgerond.” Hier doelt Van der Meij op het strafrechtelijke onderzoek door politie en justitie. Tijdens de rechtszaak zal waarschijnlijk enige duidelijkheid komen hoeveel tijd het onderzoek nog in beslag zal nemen.
Onderzoeken
Jeugdzorgorganisatie Enver, William Schrikker Jeugdbescherming en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd willen niets aan Twee kwijt over de stand van zaken van hun onderzoeken. De organisaties melden wel dat alle onderzoeken nog in volle gang zijn. Deze onderzoeken gaan over wat er misging bij de organisaties en zijn niet nodig voor de strafrechtelijke behandeling.
Het pleegmeisje ligt sinds 20 mei, toen ze werd opgenomen in het ziekenhuis, in coma. Ondertussen is ze buiten levensgevaar en overgeplaatst naar een revalidatiekliniek. Volgens de woordvoerder van de biologische moeder is er niets nieuws te melden over de situatie van het pleegmeisje. “De situatie blijft onverminderd zorgelijk.”